BLAASTEST "(Vereist)" geeft vereiste velden aan 12345678 1. Het afgelopen jaar is er een blaasontsteking / urineweginfectie bij me vastgesteld Wanneer je je bij de huisartsenpraktijk meldt met klachten die bij een blaasontsteking passen dan zal er gevraagd worden om een potje (ochtend)urine in te leveren op basis waarvan laboratorium onderzoek gedaan kan worden. Vaak wordt in de huisartsenpraktijk een nitrietbepaling gedaan (stick waarbij papiertje verkleurt). In de meeste gevallen kan hiermee een blaasontsteking die wordt veroorzaakt door een bacterie worden bevestigd. Soms kan het zijn dat na deze test geen blaasontsteking wordt vastgesteld, terwijl je wel klachten ervaart die bij een blaasontsteking passen, en je zelf misschien ook denkt dat je een blaasontsteking hebt. Vraag in dat geval om aanvullend advies bij je huisarts. De huisarts kan bijvoorbeeld urine snel testen op witte bloedcellen (ontstekingscellen) en rode bloedcellen om te kijken of er een ontsteking in de blaas zit (dipslide of sediment). Ook kan de huisarts de urine op kweek zetten om te onderzoeken wat voor bacterie er in de urine zit (sommige bacteriën die een blaasontsteking veroorzaken, vormen geen nitriet en zijn dus voor de huisarts zelf niet vindbaar, maar komen wel naar voren tijdens een kweek). 1. Het afgelopen jaar is er geen blaasontsteking / urineweginfectie bij me vastgesteld Wanneer je je bij de huisartsenpraktijk meldt met klachten die bij een blaasontsteking passen dan zal er gevraagd worden om een potje (ochtend)urine in te leveren op basis waarvan laboratorium onderzoek gedaan kan worden. Vaak wordt in de huisartsenpraktijk een nitrietbepaling gedaan (stick waarbij papiertje verkleurt). In de meeste gevallen kan hiermee een blaasontsteking die wordt veroorzaakt door een bacterie worden bevestigd. Soms kan het zijn dat na deze test geen blaasontsteking wordt vastgesteld, terwijl je wel klachten ervaart die bij een blaasontsteking passen, en je zelf misschien ook denkt dat je een blaasontsteking hebt. Vraag in dat geval om aanvullend advies bij je huisarts. De huisarts kan bijvoorbeeld urine snel testen op witte bloedcellen (ontstekingscellen) en rode bloedcellen om te kijken of er een ontsteking in de blaas zit (dipslide of sediment). Ook kan de huisarts de urine op kweek zetten om te onderzoeken wat voor bacterie er in de urine zit (sommige bacteriën die een blaasontsteking veroorzaken, vormen geen nitriet en zijn dus voor de huisarts zelf niet vindbaar, maar komen wel naar voren tijdens een kweek).Heeft de huisarts het afgelopen jaar de diagnose blaasontsteking/ urineweginfectie bij jou vastgesteld?Ja of Nee - 1. diagnose(Vereist) Ja Nee Terug naar introductie Is bij jou sprake van 1 of meer van de volgende kenmerken? Mannelijk geslacht Zwangerschap Afwijkingen van de nieren of urinewegen Neurologische blaasstoornissen Blaaskatheter Afweerstoornis Diabetes mellitus Jonger dan 18 jaar meerdere opties - 2. kenmerken(Vereist) Ja Nee Omdat je hebt aangegeven dat je aan een van de beschreven kenmerken voldoet, behoor je tot een zogenaamde risicogroep. Je hebt een behandeling op maat nodig. Neem contact op met je huisarts om jouw probleem van terugkerende blaasontstekingen bespreekbaar te maken en vraag advies of er een verwijzing naar een specialist nodig is. Vind hier meer tips en informatie over blaasontsteking. 2. Voor mijn blaasontstekingen ben ik behandeld door een arts en heb ik wel antibiotica gebruikt Wanneer de klachten niet vanzelf overgaan of ondraaglijk zijn, zal de huisarts meestal antibiotica voorschrijven. Antibiotica zijn medicijnen die door bacteriën veroorzaakte infecties helpen genezen. Ze doden de bacteriën of remmen hun groei. Het is belangrijk om een gestarte kuur altijd af te maken. Door antibiotica zijn jouw klachten sneller over. Ook is de kans iets kleiner dat je nierbekkenontsteking krijgt. Antibiotica kunnen bijwerkingen geven, bijvoorbeeld vaginale schimmelinfectie, misselijkheid of braken en diarree. Bij langdurig of frequent antibiotica gebruik kunnen bacteriën ongevoelig worden voor deze antibiotica. Naast antibiotica kuren om een actieve blaasontsteking te behandelen, zijn er een aantal therapieën die helpen om een blaasontsteking te voorkomen. 2. Voor mijn blaasontstekingen ben ik behandeld door een arts en heb ik geen antibiotica gebruikt Wanneer de klachten niet vanzelf overgaan of ondraaglijk zijn, zal de huisarts meestal antibiotica voorschrijven. Antibiotica zijn medicijnen die door bacteriën veroorzaakte infecties helpen genezen. Ze doden de bacteriën of remmen hun groei. Het is belangrijk om een gestarte kuur altijd af te maken. Door antibiotica zijn jouw klachten sneller over. Ook is de kans iets kleiner dat je nierbekkenontsteking krijgt. Antibiotica kunnen bijwerkingen geven, bijvoorbeeld vaginale schimmelinfectie, misselijkheid of braken en diarree. Bij langdurig of frequent antibiotica gebruik kunnen bacteriën ongevoelig worden voor deze antibiotica. Naast antibiotica kuren om een actieve blaasontsteking te behandelen, zijn er een aantal therapieën die helpen om een blaasontsteking te voorkomen. Ben je door een arts behandeld voor jouw blaasontstekingen?meerdere opties - 2. behandeld(Vereist) Ja, ik ben door een arts behandeld voor mijn blaasontstekingen en ik heb wel antibiotica gebruikt Ja, ik ben door een arts behandeld voor mijn blaasontstekingen en ik heb geen antibiotica gebruikt Nee, ik ben niet door een arts behandeld voor mijn blaasontstekingen 3. Ik neem altijd onderstaande maatregelen, desondanks blijf ik toch klachten houden Een blaasontsteking wordt door bacteriën veroorzaakt. Vaak is dat de darmbacterie E-coli. De meeste bacteriën die een blaasontsteking veroorzaken zijn darmbacteriën. Deze bacteriën zitten bij iedereen in het schaamgebied op de huid, en waarschijnlijk wandelen ze bij iedereen wel eens de blaas in. De urine is dus niet ‘steriel’ zoals vaak wordt aangenomen. Echter kan het zijn dat bij sommige mensen deze darmbacteriën zich makkelijker in de blaas vermenigvuldigen en zo een infectie kunnen veroorzaken. Veel zeep en andere desinfecterende producten verminderen het risico op een blaasontsteking dus NIET. Ze kunnen zelfs de kans op een blaasontsteking verhogen, omdat ze de natuurlijke PH waarde verstoren. Sommige vrouwen krijgen vaak een blaasontsteking. De kans daarop is groter: Na het vrijen. Doordat tijdens het vrijen bacteriën in de plasbuis komen. Bij het vrijen. Het gebruik van condooms of pessaria, vooral in combinatie met zaaddodende middelen, verhogen het risico op blaasontsteking. Zaaddodende glijmiddelen verstoren de PH waardoor bacteriën zich beter kunnen ontwikkelen. Na de overgang. Het slijmvlies aan de binnenkant van de vagina en in de plasbuis wordt dunner, droger en minder zuur. Bacteriën kunnen dan makkelijker in de blaas terecht komen. Als je je blaas niet helemaal leeg plast. Dit kan komen door bijvoorbeeld haastig plassen, persen bij het plassen, een verzakking van de baarmoeder of bij obstipatie (moeilijke stoelgang). Hygiëne. Verkeerd afvegen na ontlasting, maar ook “te schoon” zijn. Was de geslachtsdelen niet met zeep en gebruik geen agressieve intieme hygiëne, zoals doekjes, zeep, sprays en vaginale douches. Diarree of ongewild verlies van ontlasting en obstipatie verhogen de kans op besmetting van de urinebuis bij het afvegen. Bij een blaaskatheter. Via het slangetje kunnen bacteriën in de blaas komen. Bij blaasstenen of nierstenen. Als je minder weerstand hebt, medicijnen gebruikt die de weerstand verminderen, glucose (suiker) in de urine hebt door diabetes of een verstoorde nierfunctie hebt. Je kunt proberen een blaasontsteking te voorkomen door de volgende leefregels te volgen: Drink genoeg, het advies is ongeveer 2 liter water per dag Probeer de blaas goed leeg te plassen als je naar de wc gaat (ontspannen en NIET persen). Neem echt de tijd om ook het laatste beetje uit te plassen. Ontspan als je denkt dat je klaar bent en kijkt of je nog wat kunt plassen Goed afvegen na de ontlasting; van voor naar achteren Als je voelt dat je moet plassen, stel dit dan niet uit Drink voor het vrijen voldoende water Plas direct na het vrijen de blaas leeg Gebruik geen spermadodende glijmiddelen Neem maatregelen om diarree of obstipatie op te lossen eventueel in overleg met de huisarts. Wanneer je het lastig vindt om deze leefregels toe te passen, vraag dan om hulp bij de huisarts. Het kan zijn dat je de leefregels vaak goed naleeft, maar toch een blaasontsteking krijgt. Hier kan ook een andere reden voor zijn. Ga hierover in gesprek met je huisarts. 3. Ik neem meestal onderstaande maatregelen, desondanks blijf ik toch klachten houden Een blaasontsteking wordt door bacteriën veroorzaakt. Vaak is dat de darmbacterie E-coli. De meeste bacteriën die een blaasontsteking veroorzaken zijn darmbacteriën. Deze bacteriën zitten bij iedereen in het schaamgebied op de huid, en waarschijnlijk wandelen ze bij iedereen wel eens de blaas in. De urine is dus niet ‘steriel’ zoals vaak wordt aangenomen. Echter kan het zijn dat bij sommige mensen deze darmbacteriën zich makkelijker in de blaas vermenigvuldigen en zo een infectie kunnen veroorzaken. Veel zeep en andere desinfecterende producten verminderen het risico op een blaasontsteking dus NIET. Ze kunnen zelfs de kans op een blaasontsteking verhogen, omdat ze de natuurlijke PH waarde verstoren. Sommige vrouwen krijgen vaak een blaasontsteking. De kans daarop is groter: Na het vrijen. Doordat tijdens het vrijen bacteriën in de plasbuis komen. Bij het vrijen. Het gebruik van condooms of pessaria, vooral in combinatie met zaaddodende middelen, verhogen het risico op blaasontsteking. Zaaddodende glijmiddelen verstoren de PH waardoor bacteriën zich beter kunnen ontwikkelen. Na de overgang. Het slijmvlies aan de binnenkant van de vagina en in de plasbuis wordt dunner, droger en minder zuur. Bacteriën kunnen dan makkelijker in de blaas terecht komen. Als je je blaas niet helemaal leeg plast. Dit kan komen door bijvoorbeeld haastig plassen, persen bij het plassen, een verzakking van de baarmoeder of bij obstipatie (moeilijke stoelgang). Hygiëne. Verkeerd afvegen na ontlasting, maar ook “te schoon” zijn. Was de geslachtsdelen niet met zeep en gebruik geen agressieve intieme hygiëne, zoals doekjes, zeep, sprays en vaginale douches. Diarree of ongewild verlies van ontlasting en obstipatie verhogen de kans op besmetting van de urinebuis bij het afvegen. Bij een blaaskatheter. Via het slangetje kunnen bacteriën in de blaas komen. Bij blaasstenen of nierstenen. Als je minder weerstand hebt, medicijnen gebruikt die de weerstand verminderen, glucose (suiker) in de urine hebt door diabetes of een verstoorde nierfunctie hebt. Je kunt proberen een blaasontsteking te voorkomen door de volgende leefregels te volgen: Drink genoeg, het advies is ongeveer 2 liter water per dag Probeer de blaas goed leeg te plassen als je naar de wc gaat (ontspannen en NIET persen). Neem echt de tijd om ook het laatste beetje uit te plassen. Ontspan als je denkt dat je klaar bent en kijkt of je nog wat kunt plassen Goed afvegen na de ontlasting; van voor naar achteren Als je voelt dat je moet plassen, stel dit dan niet uit Drink voor het vrijen voldoende water Plas direct na het vrijen de blaas leeg Gebruik geen spermadodende glijmiddelen Neem maatregelen om diarree of obstipatie op te lossen eventueel in overleg met de huisarts. Wanneer je het lastig vindt om deze leefregels toe te passen, vraag dan om hulp bij de huisarts. Het kan zijn dat je de leefregels vaak goed naleeft, maar toch een blaasontsteking krijgt. Hier kan ook een andere reden voor zijn. Ga hierover in gesprek met je huisarts. 3. Ik neem soms onderstaande maatregelen, desondanks blijf ik toch klachten houden Een blaasontsteking wordt door bacteriën veroorzaakt. Vaak is dat de darmbacterie E-coli. De meeste bacteriën die een blaasontsteking veroorzaken zijn darmbacteriën. Deze bacteriën zitten bij iedereen in het schaamgebied op de huid, en waarschijnlijk wandelen ze bij iedereen wel eens de blaas in. De urine is dus niet ‘steriel’ zoals vaak wordt aangenomen. Echter kan het zijn dat bij sommige mensen deze darmbacteriën zich makkelijker in de blaas vermenigvuldigen en zo een infectie kunnen veroorzaken. Veel zeep en andere desinfecterende producten verminderen het risico op een blaasontsteking dus NIET. Ze kunnen zelfs de kans op een blaasontsteking verhogen, omdat ze de natuurlijke PH waarde verstoren. Sommige vrouwen krijgen vaak een blaasontsteking. De kans daarop is groter: Na het vrijen. Doordat tijdens het vrijen bacteriën in de plasbuis komen. Bij het vrijen. Het gebruik van condooms of pessaria, vooral in combinatie met zaaddodende middelen, verhogen het risico op blaasontsteking. Zaaddodende glijmiddelen verstoren de PH waardoor bacteriën zich beter kunnen ontwikkelen. Na de overgang. Het slijmvlies aan de binnenkant van de vagina en in de plasbuis wordt dunner, droger en minder zuur. Bacteriën kunnen dan makkelijker in de blaas terecht komen. Als je je blaas niet helemaal leeg plast. Dit kan komen door bijvoorbeeld haastig plassen, persen bij het plassen, een verzakking van de baarmoeder of bij obstipatie (moeilijke stoelgang). Hygiëne. Verkeerd afvegen na ontlasting, maar ook “te schoon” zijn. Was de geslachtsdelen niet met zeep en gebruik geen agressieve intieme hygiëne, zoals doekjes, zeep, sprays en vaginale douches. Diarree of ongewild verlies van ontlasting en obstipatie verhogen de kans op besmetting van de urinebuis bij het afvegen. Bij een blaaskatheter. Via het slangetje kunnen bacteriën in de blaas komen. Bij blaasstenen of nierstenen. Als je minder weerstand hebt, medicijnen gebruikt die de weerstand verminderen, glucose (suiker) in de urine hebt door diabetes of een verstoorde nierfunctie hebt. Je kunt proberen een blaasontsteking te voorkomen door de volgende leefregels te volgen: Drink genoeg, het advies is ongeveer 2 liter water per dag Probeer de blaas goed leeg te plassen als je naar de wc gaat (ontspannen en NIET persen). Neem echt de tijd om ook het laatste beetje uit te plassen. Ontspan als je denkt dat je klaar bent en kijkt of je nog wat kunt plassen Goed afvegen na de ontlasting; van voor naar achteren Als je voelt dat je moet plassen, stel dit dan niet uit Drink voor het vrijen voldoende water Plas direct na het vrijen de blaas leeg Gebruik geen spermadodende glijmiddelen Neem maatregelen om diarree of obstipatie op te lossen eventueel in overleg met de huisarts. Wanneer je het lastig vindt om deze leefregels toe te passen, vraag dan om hulp bij de huisarts. Het kan zijn dat je de leefregels vaak goed naleeft, maar toch een blaasontsteking krijgt. Hier kan ook een andere reden voor zijn. Ga hierover in gesprek met je huisarts. Neem je al de volgende maatregelen om een blaasontsteking te voorkomen? Ik neem (altijd, meestal, soms, nooit) de volgende maatregelen, desondanks blijf ik toch klachten houden Genoeg drinken, minimaal 2 liter water per dag Genoeg tijd nemen om de blaas geheel leeg te plassen zonder te persen Bij aandrang het plassen niet uitstellen Voor het vrijen water drinken Na het vrijen de blaas leegplassen Geen sperma-dodende glijmiddelen gebruiken Bij last van diarree of obstipatie (moeilijke stoelgang), maatregelen nemen om dit te voorkomen meerdere opties - 3. maatregelen(Vereist) Altijd Meestal Soms Nooit 4. De klachten die ik heb als gevolg van mijn regelmatige blaasontstekingen hebben de volgende invloed op mijn leven: De klachten die ik heb als gevolg van mijn regelmatige blaasontstekingen hebben de volgende invloed op mijn leven (meerdere antwoorden mogelijk): Ik vind het lastig om erop uit te gaan Ik vind het lastig om mij op mijn werk te concentreren Ik vermijd vrijen/seks of ik voel mij bezorgd nadat ik heb gevreeën/seks heb gehad om een blaasontsteking te krijgen Ik maak mij zorgen over (vaak) antibiotica gebruik Ik moet zeer vaak overdag en/of s ‘nachts naar de WC om te plassen Ik slaap ’s nachts slecht Geen invloed op mijn leven Anders, namelijk: 5. Ik wil meer weten over de behandelopties die een blaasontsteking kunnen helpen voorkomen: Ben je bekend met de volgende behandelmogelijkheden die een blaasontsteking mogelijk kunnen helpen voorkomen? Klik de behandelingen aan waarover je meer zou willen weten.meerdere opties - 5. mogelijkheden Niet antibiotische blaasspoeling (bijvoorbeeld hyaluronzuur of chondroïtinesulfaat) Antibiotische blaasspoeling (met bijvoorbeeld gentamicine) Cranberrysupplementen of cranberrydrank D-mannose Bekkenfysiotherapie, plastraining/instructies Vaginaal estr(ad)iol Antibiotica pil na het vrijen (bijvoorbeeld nitrofurantoïne) Lage dosis antibioticum wat dagelijks wordt ingenomen (onderhoudsdosering, bijvoorbeeld nitrofurantoïne) Niet antibiotische blaasspoeling Een niet antibiotische blaasspoeling bevat moleculen die GAG’s heten. Dit zijn bijvoorbeeld hyaluronzuur en chondroïtinesulfaat. Deze stoffen komen van nature voor in het lichaam van de mens. Van beide stoffen is aangetoond dat zij belangrijk zijn bij de bescherming van de blaaswand tegen schadelijke indringers. Het herstelt als het ware de beschermende slijmlaag op het slijmvlies. Een niet antibiotische blaasspoeling wordt in de blaas gebracht met een adapter of een katheter. Dit is meestal in de startfase 1 keer per week en later 1 keer per maand. In overleg met de arts / continentieverpleegkundige kunt u dit zelf leren.Antibiotische blaasspoeling Bij hardnekkige en veel voorkomende blaasontstekingen kan er gekozen worden om de blaas te spoelen met een vloeibare antibiotica zoals gentamicine. Antibiotische blaasspoelingen doden de bacteriën in de blaas en de plasbuis, maar niet de bacteriën in de nierleiders of de nieren. Net als de andere preventieve therapieën worden antibiotische blaasspoelingen alleen toegepast om blaasontstekingen te voorkomen en niet om een actieve blaasontsteking te genezen. Het wordt meestal meerdere keren per week in de blaas gebracht met de adapter of een katheter.Cranberrysupplementen of cranberrydrank Wanneer je last hebt van terugkerende blaasontstekingen dan kan het gebruik van cranberry’s (in sapvorm of in tabletvorm) helpen om een blaasontsteking te voorkomen. Cranberry bevat proanthocyanidinen (antioxidanten), heeft een lage zuurgraad en bevat de stof D-mannose. D-mannose kan voorkomen dat bacteriën zich vasthechten aan de blaaswand en daar ontstekingen veroorzaken. Zure urine kan bescherming geven doordat bepaalde bacteriën die blaasontstekingen veroorzaken minder goed kunnen vermenigvuldigen in urine met een lage zuurgraad. D-mannose D-mannose is een natuurlijke suiker die in kleine hoeveelheden door het lichaam wordt aangemaakt, net zoals glucose. D-mannose komt ook in kleine hoeveelheden voor in planten, bomen en vruchten. Het wordt als supplement aangeboden. Dit supplement lijkt ervoor te zorgen dat de E-coli bacteriën zich hechten aan de d-mannose waardoor ze met de urine de blaas verlaten. De aanbevolen dosering is drie maal daags één capsule (1500-2000mg). Voor de werking van dit voedingssupplement is nog onvoldoende wetenschappelijke onderbouwing. Bekkenfysiotherapie, plastraining en instructies Een goede plashouding op het toilet en plasgedrag zijn belangrijk om de blaas leeg te plassen. Een bekkenfysiotherapeut of een continentieverpleegkundige kan u hierin technieken aanleren en tips geven over hoe u zo optimaal leeg plast om zo blaasontstekingen te voorkomen. Daarnaast kan een bekkenfysiotherapeut ook onderzoeken of u de bekkenbodem goed aanspant/ontspant. Hierdoor kunnen gerichte oefeningen worden gegeven die er ook voor zorgen dat je beter jouw blaas kunt leegplassenVaginaal estr(ad)iol Estradiol is een vrouwelijk geslachtshormoon, namelijk een oestrogeen. Het wordt voornamelijk in de eierstokken aangemaakt. Het speelt een belangrijke rol bij de vruchtbaarheidscyclus. Artsen kunnen dit medicijn voorschrijven bij overgangsklachten en bij het voorkomen van een blaasontsteking bij vrouwen in de overgang.Antibiotica pil na het vrijen, (Post-coïtum nitrofurantoïne) Indien je als klacht hebt dat je alleen na het vrijen een blaasontsteking oploopt, dan kan 1 of 2 antibiotica tabletten met een lage dosering hierbij helpen om dit te voorkomen. Dat is beter dan dagelijks een lage dosering antibiotica te gebruiken. Antibioticum wat dagelijks wordt ingenomen Soms is een dagelijkse lage doses antibiotica (zoals bijv. nitrofurantoïne onderhoudsdosering) nodig om vaak voorkomende of snel terugkerende blaasontstekingen te voorkomen. Dit wordt meestal geadviseerd om dit maximaal 6 tot 12 maanden te doen, maar soms is het voor nog langere perioden nodig. Het werkt vaak goed, maar er bestaat een risico dat bacteriën ongevoelig kunnen worden voor antibiotica. Indien er toch een blaasontsteking ontstaat, ondanks het gebruik van een dagelijkse lage dosis antibiotica, dan start de huisarts een aantal dagen lang een (andere) antibioticakuur met een hoge dosering om de blaasontsteking te behandelen. Lees meer informatie over blaasspoelingen op mijnblaasspoeling.nl 6. Ik zou over de volgende onderwerpen graag meer willen weten van mijn behandelaar: Over welke onderwerpen zou je meer willen weten? Ik zou over de volgende onderwerpen graag meer willen weten van mijn behandelaar: Frequent / langdurig antibioticagebruik Antibiotica resistentie Blaasspoelingen Wat kan een uroloog voor mij betekenen Wat kan een bekkenfysiotherapeut voor mij betekenen? Anders, namelijk: Lees meer informatie over blaasspoelingen op mijnblaasspoeling.nl NOTITIES Download en print jouw antwoorden en gebruik als gesprekshulp tijdens de volgende afspraak met jouw behandelaar. De download bevat ook veel extra informatie over jouw situatie. ✔︎ Download jouw antwoorden ✔︎ Lees alle extra informatie over jouw situatie ✔︎ Bespreek een oplossing met je arts NameDit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.